Het recht in de hippische sector

Mijn boek ‘Het recht in de hippische sector’ is klaar.

Het was altijd al een wens om mijn kennis en ervaring van ‘paard en recht’ met anderen te delen, temeer omdat er nauwelijks boeken over dit specialisme zijn geschreven. Ik ben dan ook zeer verheugd dat mijn boek ‘Het recht in de hippische sector’ gereed is. Hierin worden de meest relevante onderwerpen belicht waarmee een paardenliefhebber, zowel beroepsmatig als privé, in aanraking kan komen. Dit boek is bedoeld om te helpen de kennis van hippisch recht te vergroten en de meeste juridische vragen met betrekking tot de paardensector te beantwoorden. Het is een van de zeldzame boeken die verschenen zijn over hippisch recht en daarbij is de benadering van dit boek uniek te noemen.

Het boek is een uitgave van Rechtspraktijk Iure Fortis en geschreven voor zowel de hippische ondernemer alsook voor eenieder die werkzaam is in de paardenbranche, of zich op de een of andere wijze verbonden voelt met de bijzondere wereld van de paarden(sport). Het is geen juridisch handboek, maar een handig en in begrijpelijke taal geschreven naslagwerk dat een beetje houvast biedt in het enorme doolhof van het Nederlands recht in het algemeen en de rechtsgebieden in het bijzonder die van invloed zijn op de verschillende aspecten van de hippische wereld, waar je als ondernemer, werkgever, werknemer of individuele paardensporter mee te maken kunt krijgen.

De onderwerpen die worden besproken zijn naast de meer bekende items als Verborgen gebrek, Koop- en verkoop, en Schade en aansprakelijkheid tevens Paard & Welzijn, Im- en Export, BTW en paarden, Arbeidsrecht, Vast of flex-personeel, Goed Werkgeverschap, het Stikstofdossier, Bedrijfsovername en nog veel en veel meer.
‘Het recht in de hippische sector’ kost €29,95.

Bestellen

Bestellen kan door €29,95 over te maken op rekeningnummer NL 76 RABO 0374 6155 00 onder vermelding van uw naam en adres. Het boek zal dan zo snel als mogelijk naar u worden gestuurd.

Veranderingen Arbeidsrecht per 1 juli 2023

Met ingang van 1 juli wordt het minimumloon weer gewijzigd en wel met een percentage van 3,13%. Niet alleen het wettelijk minimumloon gaat wijzigen, ook veel cao lonen zullen verder stijgen per 1 juli 2023. Val je onder de werkingssfeer van een cao? Check dan altijd de actuele bedragen in de CAO. Wanneer je niet CAO gebonden bent kun je de actuele bedragen checken op de website van de rijksoverheid. 

Loondoorbetaling zieke AOW’er verkort

Het komt steeds vaker voor: werkgevers die reeds gepensioneerde werknemers met AOW in dienst nemen of houden. Waar voor een ‘reguliere’ werknemer een loondoorbetalingsverplichting van 104 weken geldt bij ziekte, was dit voor AOW’ers al verkort naar 13 weken. Het risico om oudere werknemers in dienst te nemen of te houden wordt nu nog meer verkleind. Per 1 juli 2023 gaat een nieuwe termijn gelden van 6 weken in plaats van 13 weken. Was je oudere werknemer vóór 1 juli 2023 ziek? In dat geval geldt nog de oude termijn nog van 13 weken.

Nieuwe pensioenwet

Per 1 juli 2023 gaat de Wet toekomst pensioenen (Wtp) in. Werkgevers en pensioenuitvoerders hebben nog tot 1 januari 2028 de tijd gekregen om de pensioenregeling aan te passen naar de nieuwe regels. Zo staat onder andere in het nieuwe pensioenstelsel het premiebedrag vast en niet de uitkering. Door middel van beleggingen wordt het rendement bepaald op de pensioenpremies. Ook moet er onder de nieuwe wetgeving meer inzicht komen in wat er is opgebouwd in het persoonlijk pensioenpotje.

Als je bent aangesloten bij een bedrijfstakpensioenfonds worden er ook centraal afspraken gemaakt, waardoor je als werkgever weinig zelf hoeft te regelen. Valt jouw bedrijf onder een CAO? Dan worden de plannen gemaakt door de sociale partners en neemt de werkgeversvereniging de onderhandeling namens werkgevers voor z’n rekening. Dat is anders voor bedrijven die een pensioenregeling hebben via een pensioenverzekeraar of PPI. In dit geval moet je als werkgever een aantal keuzes maken.

Visie op re-integratietraject

Zowel werkgever als werknemer zijn per 1 juli 2023 verplicht om hun visie te geven op het re-integratietraject. Dit geldt zowel bij het opstellen en bijstellen van het plan van aanpak als bij de eerstejaarsevaluatie zoals gebruikelijk op de bekende UWV-formulieren Op deze manier wordt het gesprek en de betrokkenheid tijdens het re-integratieproces bevorderd. Onderwerpen die aan bod kunnen komen zijn: passende werkzaamheden, het advies van de bedrijfsarts en het aanvragen van een second opinion. De wijziging heeft geen terugwerkende kracht en geldt dus alleen voor re-integratiestukken die worden opgesteld ná 1 juli 2023.